13 november 2014

Kleurrijk Nederland

Toen wij opgroeiden keken we uit over een groen landschap vol bloemen, struiken, bomen en allerhande exotische voorwerpen die door anderen meegebracht waren. Ons land was kleurrijk van mensen, culturen, tolerantie en het idee dat we het samen wel konden rooien. Maar dat was vroeger, een verleden dat we ons alleen nog kunnen herinneren.

Tegenwoordig staan we te kijken hoe kleurrijk Nederland ten grave wordt gelegd. Populisme heeft een graf gegraven waar met geweld het kleurrijke landschap in geschopt werd. Dat het nog in de volle bloei van het leven was maakte het populisme niet uit. Kleurrijk Nederland moest en zal in een koud graf gestopt worden, begraven onder een vadem grond en afgedekt met een groot stuk beton. Er is geen plaats meer voor kleur in Nederland. Kleur is iets vies, iets dat de populisten niet willen zien. Zij eisen dat iedereen in de pas loopt. Iedereen hetzelfde grijze beton omarmt en weigert iets anders te zijn dan een ja-knikkende witte vlek op de muren van de maatschappij. Aan de rand van het graf kan je nog net de kleuren die Nederland vroeger had zien verschijnen aan de randen. De populisten vervloeken die randen, de mensen die het verleden nog herinneren zoals het was bejubelen ze. "De randen bewijzen dat kleur nog springlevend is in ons land!" roepen ze, terwijl ze wijzen naar hetgeen de populisten hardhandig tegen het beton schoppen. Nederland is het land van populisten en hun grijze werkelijkheid geworden.

De enige kleur die we nog mogen zien is de jaarlijks terugkerende zwarte piet. Zijn vrolijke capriolen moeten gezien worden als een fijne herinnering aan een onbezorgde jeugd waarbij je ouders je voorlogen over wie de cadeau's kocht. De kleuren in de kleding van zwarte piet, de dieprode lippen en veer op zijn vrolijke hoed, dat zijn pas kleuren. Zijn zwart-geschilderde gezicht is ook een kleur. Er is, volgens de populisten geen reden om te klagen. Als je kleur wilt zien hoef je alleen maar naar de vrolijke zwarte piet te kijken en de wereld is weer goed. Herinneren hoe onbezocht je jeugd was, dat moet je doen. Altijd denken aan hoe goed het vroeger was, toen we nog allemaal in onze eigen zuil naar de televisie keken en moeder-de-vrouw in de keuken sloofde op de avondmaaltijd. "Dat waren mooie tijden" zeggen de populisten, terwijl ze vies kijken naar de mensen die hun vader en moeder met alle liefde het land binnenhaalden om de puinhopen van de tweede wereldoorlog op te ruimen. Dat hun moeders vrolijk gekleurde hoofddoekjes droeg als ze naar buiten ging vergeten de populisten liever. Hun moeder was namelijk van het onberispelijke christelijke geloof, witter dan wit en saaier (sorry, moeders van weleer) dan het beton wat ze over het land gegoten hebben.

Langzaam keren we terug naar de verzuilde samenleving van de jaren vijftig. Iedereen een eigen televisiezender, waarbij de populisten kunnen kiezen uit elke commerciële zender en programma's die de glorie van het populisme bejubelen terugvinden op de publieke omroep. De rest is een minderheidsgroepering die blij mag zijn met één programma in de twee weken op televisie en zelf-uitgegeven dagbladen, aangezien de kranten ook volstaan van het populistische jubelverhaal. Er zullen wel andere geluiden zijn, maar net als de kleuren die nog aan de randen van het grijze beton verschijnen worden deze weggehoond door populisten. Ze zeggen dat ze 'uit tolerantie' er niet meer tegenaan trappen, maar iedereen die als paria weggezet wordt zal anders vermoeden. Het betonnen blok dat ze tegenover zich vinden is onwrikbaar en niet meer te slechten. Ze mogen blij zijn dat er een klein stukje gereserveerd is op de droge, uitgestorven vlakte die Nederland aan het worden is. Weggestopt in afbraakbuurten en overvolle centra, met slechts één keer per week een stukje op televisie hoe de werkelijkheid van iedereen die geen populist is eruitziet.

Maar laten we niet op de zaken vooruitlopen. Voordat de verzuiling van grijs Nederland daadwerkelijk heeft plaatsgevonden zullen er eerst nog vele acties gevoerd moeten worden. Rechtszaken over futiliteiten en issues die nergens over gaan zijn al aan de orde van de dag, doodsbedreigingen zijn inmiddels normaal aan het worden en het wachten is op de eerste dode die door extremistisch geweld zal vallen. Aan welke kant de dode zal vallen is niet belangrijk, maar de populisten hopen dat één van hen het slachtoffer zal zijn. Over de rug van hun dode kameraad zullen ze de kleurrijken en minderheden ideologisch volledig kunnen vermorzelen en de gewenste verzuiling nog sneller vorm geven. Mocht er een slachtoffer aan de andere kant vallen, dan zal de media het afdoen als een "eigen schuld" verhaal. Ze zullen de dode afschilderen als een vrouw in schaarse kleding die erom vraagt om verkracht te worden en woorden gebruiken die deze krankzinnige redenaties onderbouwen. Wat er ook gebeurt, de populisten zullen altijd winnen.

Vandaag staan we aan het graf van kleurrijk Nederland en zien toe hoe de media, samen met de populisten het gat in de grond dichtgooien. We horen de gesmoorde kreten wel uit het graf opstijgen, maar we doen niets meer. Ons hoofd is bij de avondmaaltijd van vandaag, de huishoudelijke taken van morgen en het moment dat onze kinderen uit school komen. We kijken hoe de betonnen plaat op z'n plaats gelegd worden en gaan naar huis, waar de zwart-witte meubelen van Ikea ons huis opsieren.
"Het leven is goed" zeggen we en weer sluiten we onze ogen. Achter onze oogleden is het ook altijd donker.

Welterusten, Nederland. Het was fijn om in kleur te mogen opgroeien, ik hoop dat onze kinderen het jullie niet kwalijk nemen dat zij in een grijze betonnen maatschappij hetzelfde moeten doen.