16 augustus 2014

De dood

Iedereen gaat dood, dat is het onvermijdelijke resultaat van leven. Aan het einde staat de dood op je te wachten en is er niets meer. Niets meer dan hetgeen je wacht na de dood. Niemand weet wat dat is en vele speculeren erover. Hele religies zijn gebouwd op de momenten die je na je dood mag ervaren en alsnog kan het de grootste leugen zijn die we meegemaakt hebben. Groter dan Sinterklaas en zijn volledig verkeerde knecht. De leugen is ook niet waar het om draait. Dood gaan we allemaal, maar omgaan met de angst voor de dood kunnen we niet.

Zodra we merken dat de dood gearriveerd is slaan mensen om in bange schapen die rennen naar de slager die zegt dat het allemaal goed zal komen. Ze rennen naar de herder die ze gouden bergen na de dood beloofd, maar ze gedurende het leven in tochtige stallen laat slapen. Mensen raken in een staat van collectieve waanzin zodra het over de dood gaat of ze over de dood moeten gaan nadenken.

Er is niets ergs aan de dood. Het enige wat de dood erg maakt is dat je als overlevende moet achterblijven. Je zal altijd geconfronteerd worden met de dood van iemand anders, de dood van een geliefde of familielid. Altijd zal er iemand zijn die je dode lichaam zal begraven en op die gronden treuren om je dood. Achterblijven is het meest afschuwelijke van de dood, dat is hetgeen wat ik niet leuk vind aan de dood. Maar verder zijn er geen bezwaren aan de dood te vinden. Het is niet erg, het is voor eeuwig en je hoeft de lijdensweg die leven heet niet meer door te maken. En toch zijn er mensen bang voor de dood. Bang om het tijdelijke, wat het leven is, te verruilen voor het onvermijdelijke, dat de dood is. Niet dat ze überhaupt weten waar ze bang voor zijn. Het idee dat ze niet meer leven jaagt ze angst aan. Sommige mensen slaan zelfs doodsangsten uit en durven daarom niet eens meer na te denken. De dood is zo eng dat er zelfs een boeman van gemaakt is. Praten over deze boeman mag dan ook niet. Praten over de dood is mensen herinneren aan hun eigen vergankelijkheid en dat willen niemand.

Tenminste, niemand in onze westerse cultuur wil herinnert worden aan de dood. Hoe anders gaat het in andere culturen? Ik heb ooit gelezen over een groep mensen die bij belangrijke gelegenheden hun familieleden opgraven en de menselijke resten meenemen naar het dorp. Daar krijgen ze een speciale plaats in de groep en worden ze behandeld alsof ze nog in leven zijn. Daar zijn de doden een wezenlijk onderdeel van het groepsleven, hebben de doden nog gewoon een stem en mogen ze aanwezig zijn bij belangrijke feesten. De dood is niet iets om te vrezen, maar slechts een overgang naar een andere fase in het leven. Voor hen zijn de overblijfselen van hun geliefden de weg om met de geestenwereld te praten. Zonder dit is er geen communicatie mogelijk en zonder dit zouden ze alle kennis van hun voorvaderen ontberen. In principe kan je zeggen dat ze de herinnering aan hun geliefde en overleden dorpsgenoten levend door ze dicht bij zich te houden.

Er zijn in andere culturen verschillende manieren om de dood te vieren, want ondanks het verdriet dat iemand niet meer in leven is vieren ze de dood ook. Het is tenslotte een overgang naar een nieuwe levensfase, de dood is een geboorte in een andere wereld. Misschien een andere dimensie. In ieder geval gaat de overledene in de ogen van deze mensen naar de geestenwereld, daar waar de Goden resideren en waar de overledene met hen kan praten. Ze kunnen nog wel meer, maar dat is allemaal even niet belangrijk. Het belangrijkste is dat de dood niet iets is om te vrezen. En iets wat je niet hoeft te vrezen kan je gewoon in huis halen. Als een vriend mogen de doden langskomen, waar ze fungeren als raadgever. Of bescherming tegen het kwaad of als een echte herinnering aan de persoon die ze ooit waren. Ze blijven zelfs in de dood wezenlijk onderdeel van de familie en dat is mooi.

Dat bange gedoe over de dood moet maar eens afgelopen zijn. Mensen die dood zijn mag je best over rouwen, want iemand nooit meer kunnen spreken, nooit meer kunnen vasthouden en liefhebben is vervelend. Uitermate vervelend zelfs, maar de dood is niet het ultieme einde. De dood is slechts iets dat er voor ons allemaal komt. De manier waarop je doodgaat is altijd de grote onbekende. Vliegtuigrampen, auto-ongelukken, enge ziektes, vermoord worden, hartfalen, verdrinken op zee of gewoon je laatste adem uitblazen in je slaap; het zijn allemaal mogelijkheden waarop we dood kunnen gaan. Dood gaan we namelijk allemaal, dat is de enige echte zekerheid die we allemaal hebben. En toch zijn we er bang voor, bang voor het onbekende. Hetgeen er achter de dood ligt of juist niet ligt. Niemand weet wat er na de dood komt. Misschien komt er helemaal niet en misschien hebben de mensen in andere culturen wel gelijk. Dan gaan we met z'n alle naar de geestenwereld om daar te communiceren met de Goden en worden we wel Goden.

Misschien worden we wel weer opgenomen in het grote energieveld dat onze werkelijkheid eigenlijk is. Worden we niet een losstaand, zichzelf voortbewegend en -denkend object meer, maar weer een druppel in een gigantische oceaan. Het is maar net aan welke kant van de vele theorieën je wilt gaan staan. Mij maakt het ook niet uit waar je gaat staan met betrekking tot je ideeën over de dood. Het is allemaal om het even, de uiteindelijk uitkomst is dat we allemaal dood gaan. Zonder uitzondering gaat alles en iedereen dood. Kunnen we dan nu stoppen met bang te zijn voor het definitieve einde en het gaan vieren?
Dank jullie wel.