27 oktober 2014

Waar de Goden wonen

Sinds het begin der tijden zijn we op zoek naar de plaats van God in de natuur. Op precies te zijn zijn we op zoek naar de zingeving van het geheel, waarom zou we hier en met welke reden. Legitieme vragen, waar ik het antwoord ook niet op heb. Deze vragen kunnen beantwoorden is bijna worden als de Goden die alles bij elkaar gebracht hebben en zorgden dat er meer is dan alleen de materie die we kunnen zien. Ze zeggen weleens dat de vraag stellen, hem beantwoorden is. Maar dat gaat in dit geval niet op. Misschien is de zoektocht naar het antwoord op de vraag van het heelal, het leven en de rest wel hetgeen wat we zoeken, maar dat zullen we nooit weten. We kunnen het ook niemand vragen. Er is geen mogelijkheid om te praten met God of enige Godheid. Het enige wat we kunnen is op zoek gaan waar de Goden en God zich ophouden, wat ook een onmogelijke taak lijkt te zijn.

Wat weten we precies van God? Of laten we het doortrekken naar meerdere Goden, want waarom zou je jezelf beperken tot één super-identiteit wanneer het universum groot genoeg is voor ons allemaal? Een voorwaarde voor een God is dat hij/zij boven de natuurwetten staat. De theoretische ideeën die ons universum, de materie en alles vormgeven gelden niet in de wereld van een God. Daar is geen plaats voor, het is zelfs essentieel voor een God. Zonder de beknellende natuurwetten, zonder zwaartekracht, donkere materie en energievelden die we niet zien, maar wel kunnen meten. Een God staat daar allemaal buiten of heeft daar geen last van. Al is het een beetje vreemd om te spreken van een God die ergens last van heeft. Dat kunnen we nooit weten en het betekend zelfs dat we God menselijke emoties gaan toebedelen, iets wat nogal pretentieus is. Alles wat ons menselijk maakt, zal niet te vinden zijn bij iets omnipresent als een God. Dat denken maakt het hele idee van een God belachelijk. Wij, mensen zijn niets meer dan intelligente dieren die kunnen reflecteren over het bestaan van een God. Zoals we kunnen nadenken over de eigenschappen van bliksem en er een betekenis aan kunnen geven.

In tegenstelling tot bliksem, wat een uiting van elektrostatische eigenschappen in de fysieke natuur is, heeft God geen plaats in deze natuur. Hij of zij staat daarbuiten en zelfs het bespreken van een geslacht voor een God is volslagen belachelijk, maar omdat we ook beperkt zijn tot de grenzen van taal is het makkelijker om het te doen. Een God staat los van deze beperkingen en dat maakt het plaatsen van een God in ons universum moeilijk. Moeilijk is alleen niet onmogelijk.
Er zijn plaatsen in het universum waar de natuurwetten ophouden te bestaan. Waar überhaupt alles wat wij als 'normaal' beschouwen ophoudt met normaal zijn. Het zijn onbegrijpelijke plaatsen, tijd en ruimte zijn daar slechts begrippen die niets betekenen. Een plaats waar tijd niet geld is bijna niet voor te stellen, net zo min als het onmogelijk is om een plek voor te stellen waar ruimte niet voorkomt en er toch oneindig veel materie inpast. Het klinkt bijna als iets wat we vroeger verzonnen om de wereld om ons heen te duiden. Je mag het ook sci-fi noemen, wat het tot niet heel lang geleden ook was. Het is ook vrij moeilijk om zulke plaatsen voor te stellen, al weten we inmiddels dat ze echt bestaan. Plaatsen waar tijd, ruimte en licht niet meer bestaan en niet kunnen ontsnappen. We noemen ze zwarte gaten, de enige plaats in het universum waar de natuurwetten niet meer gelden.

Diep in een zwart gat is de singulariteit hetgeen waar alles wat we niet begrijpen gebeurt. Een plaats in ons universum waar dingen gebeuren die eigenlijk niet kunnen. Natuurwetten houden hier op en daarmee kan dit de enige plaats zijn waar een God zich ophoudt. Het zou zelfs kunnen dat de singulariteit zelf de God is. Nu wil ik wel een onderscheidt maken tussen de gewone zwarte gaten, zeg maar de kleintjes en een super-massief zwart gat, zoals te vinden in het centrum van een melkwegstelsel. Volgens de theorieën die de beschrijving van melkwegstelsels volgen is het super-massieve zwarte gat in het centrum essentieel. Zonder zo'n zwart gat zouden er geen melkwegstelsels bestaan en zonder dat is er geen plaats voor sterren en planeten. Je zou bijna kunnen stellen dat zwarte gaten essentieel zijn voor het ontstaan van leven an sich, want zonder de aanwezigheid van deze zou het universum er heel anders uitzien. Vormlozer, minder geordend, zonder enige structuur en ideeën van vast materie. Nu is het een hele grote stap om van de creatie van melkwegstelsels naar een onbeduidend planeetje te gaan als de aarde, waar (gelukkig voor ons) leven is ontstaan, maar het een sluit het ander niet uit. Zoals de mensheid er niet zou zijn zonder voorvaderen die uit de boom klommen, zo zou er geen aarde zijn zonder het melkwegstelsel waar onze zon zich bevindt.

Zwarte gaten creëren, dat is vanuit wetenschappelijk oogpunt gezien inmiddels bekend. Net zoals iedereen weet dat zwarte gaten alles opeten. Materie, licht, tijd, alles verdwijnt in een zwart gat om er nooit meer uit te komen. Dat en het feit dat ze zorg dragen voor de vorming van melkwegstelsels maakt ze erg vreemde plaatsen. Überhaupt de volledige afwezigheid van de natuurwetten, tijd en ruimte maakt ze hele vreemde plaatsen. Het normale denken gaat verloren op deze plaatsen.
Het is niet voor te stellen hoe het is om in de singulariteit te leven. Om een singulariteit te zijn is zelfs nog veel verder van de dingen die wij ons kunnen voorstellen, maar als we willen gaan waar de Goden zijn moeten we wel daarheen. Er is geen andere plaats in het universum waar alle voorwaarden waar een God aan moet voldoen samenkomen, alleen hetgeen we als omnipresent noemen kunnen we hier niet terugvinden. En toch zou het hier wel te vinden kunnen zijn. We weten niet hoe een singulariteit eruitziet. Er is geen tijd, geen ruimte en geen plaats. Het zou goed kunnen dat alles aanwezig is, dat het alles in het niets is. De natuurwetten gelden er tenslotte ook niet, waardoor dingen mogelijk worden die onze geestelijke vermogen te boven gaan.

Hoe langer je erover nadenkt, hoe vreemder zwarte gaten en de singulariteit daarin worden. Net zo vreemd als proberen achter de zin van het leven, het heelal en de rest te achterhalen en misschien zelfs nog wel veel vreemder. Het kan niet anders dan dat Goden op deze plaatsen wonen, dat Goden de singulariteit zijn. We zijn met deze kennis alleen nog geen stap verder gekomen.

Geen opmerkingen: