2 december 2013

Nooit meer klagen

"Hoerenzooi!" noemde hij het altijd en dan keek ik hem alleen aan. Meer hoefde ik ook niet te doen, alleen mijn blik op hem richten en wachten tot hij deze zou opvangen. Met het schaamrood op de kaken sloeg hij dan zijn ogen weer neer en mompelde een zachtjes "sorry" voordat we weer verder gingen.

Ik genoot van deze momenten. Zijn harde vloek die de stilte doorbrak en mijn non-verbale communicatie die hem terechtwees. Dat het mij geen drol interesseerde dat hij wat dan ook als "hoerenzooi" aanmerkte, vertelde ik hem natuurlijk niet. Dat was juist het mooie aan deze hele situaties. Ik hoefde alleen maar te kijken en hij begon zijn excuses te maken voor datgene wat hij net gedaan had.

Intussen werkte we hard door, want dat stopte nooit. Het werk was ook de enige reden dat wij hier samen in de blubber zaten. Iemand moest het werk doen en wij waren degene die met behoud van onze uitkering deze troep moesten oplossen. Allemaal dankzij een regering die vind dat een uitkeringsgerechtigde verplicht moet werken voor de schamele centen die je krijgt. Je verleden maakt niet meer uit. Al ben je raketwetenschapper geweest, iedereen is gelijk in het werk dat we moeten doen om onze uitkeringen te behouden. Zonder zeuren je handen in de bagger steken en werken tot je rug zeer doet. Klagen over de zinloosheid van het werk dat je doet heeft geen zin. Daarmee zorg je alleen dat je minder uitkering krijgt en als je helemaal pech hebt gewoon niets meer krijgt. Klagen is voor degene die een echte baan hebben, die het geluk hebben nog niet op straat gezet te zijn om plaats te maken voor de goedkope dwangarbeiders die wij zijn. Inmiddels hebben we wel geleerd niet te klagen en ook benijden we degene met een echte baan niet meer. Wij weten dat ons huidige lot hun toekomst zal worden. Uiteindelijk zal iedereen tot z'n knieën in de modder staan om onder het mom van werkervaring, participatie en het opdoen van een werkritme de meest zinloze werkzaamheden uitvoeren. De enige uitweg is hongersnood, de dood of geboren worden in een rijke familie die als werkgever de dwangarbeiders met open armen ontvangt, want hoe goedkoper de arbeider des te meer winst zij kunnen maken. Winst is geld en geld is de weg naar totale vrijheid.

Ik keek naast mij. Hij worstelde weer met een gigantisch stuk modder. Telkens als hij het goed vast had gleed er een stuk weg en viel het weer. Hij keek kwaad naar de grond waarop het stuk modder was gevallen. Zijn gezicht sprak boekdelen, onweer zelfs. "Sorry" mompelde hij in mijn richting, alsof hij weer zijn overbekende vloeken had laten horen. Ik keek hem vragend aan. "Geen sorry zeggen als je niets gedaan hebt, dat hoef je alleen bij hen te doen" fluisterde ik, terwijl ik met een hoofdknik naar de opzichters wees. Een flauwe glimlach verscheen en hij wierp een snelle blik op de twee opzichters die onze verrichtingen gade sloegen.

Irritante lui waren de opzichters. Zij waren degene die je werk beoordeelden en degene die konden zorgen dat je geen uitkering kreeg. Als zij het in hun bol kregen, dan kon je fluiten naar je centen. Zij hadden de macht en waren er totaal niet vies van deze te gebruiken. Als je iets als "hoerenzooi" kon aanmelden, dan staan de opzichters bovenaan de lijst. Ergere mensen heb ik in mijn leven nog niet meegemaakt. Ze pikten je er gerust uit, waarna je beschuldigd werd van luiheid. Dat je het werk niet goed uitvoerde, brutaal zijn, te laat komen of veel te vaak pauze nemen. Het maakte niet uit wat je deed, soms kreeg je gewoon een strafkorting omdat zij dat leuk vonden. Hadden ze een hekel aan je, dan kon je het echt vergeten. Dan zat je regelmatig drie maanden zonder een uitkering en dus zonder geld. Op die manier hadden ze al verschillende mensen veroordeeld tot een zwerversbestaan, want zonder geld kan je de huur van je woning niet meer betalen en dan wordt je zonder pardon op straat gezet. Je spullen verkopen ze gewoon, want (zo zeggen ze) het verschuldigde geld moet ergens vandaan komen. Niets heb je te zeggen meer. Je bent een nummer, een stuk vlees dat kan werken en dus moet werken.

Ik keek nog een keer naar de opzichters en sloeg mijn blik snel neer toen ik zag dat ze onze richting opkeken. Dat was ook zoiets, als je naar de mening van de opzichters te vaak naar ze keek kregen ze de pik op je en dan was je nog niet jarig. Het scenario waarin mensen tot het zwerversbestaan werden veroordeeld was vaak op deze manier begonnen. Ik stak mijn handen diep in de modder en begon weer te graven. Ik deed net alsof ik het geweldig vond, blij was met deze kans op werk en zorgde dat problemen niet in mijn buurt kwamen. Daarom hield ik hem ook uit de problemen door hem aan te kijken als hij weer stond te vloeken. Zijn kwaadheid amuseerde mij mateloos, maar ik wilde niet dat de ellende die hij daarmee over zichzelf uitriep op mij kon overslaan. Door mij kwam hij niet meer in de problemen en daar was hij mij dankbaar voor. "Kom, nog even doorgaan! De dag is bijna ten einde!" sprak ik bemoedigend. Iets wat ik beter niet had kunnen doen. Het leverde mij een waarschuwing op. De tweede van deze week, wat betekende dat ik gekort zou worden op mijn uitkering. Ik keek naar de grond en van binnen kookte ik van woede. Ik liet niets merken. Ik heb het geld van mijn uitkering veel te hard nodig om te overleven. Naast mij werkte hij nog harder, in stilte en met zijn verbeten blik op het gezicht. We zijn verdoemd en we mogen er niet over klagen. Hoerenzooi!

2 opmerkingen:

Godpipo zei

Nagezonden bericht: Laten we bovenstaand toekomstbeeld geen werkelijkheid worden. Ja kan het overdreven vinden, maar het is de toekomst waar we langzaam naar aan het afdrijven zijn. Teken bezwaar aan, teken dit: http://petities.nl/petitie/wij-laten-ons-niet-klijneren-bijstand-is-geen-minimumloon

Erick zei

Ridicuul aangevinkt. Niet omdat het verhaal dat is, maar omdat het te waarschijnlijk is dat het een waarheid kan worden.