14 oktober 2011

Volledig verdwaald

Iemand klopte op de deur. Of iemand belde aan, dat weet ik eigenlijk niet meer. Ik vergeet de laatste tijd dat de bel niet werkt of juist nog wel, maar dat ik er niet meer op reageer. In ieder geval vond ik mijzelf terug bij de voordeur, pratend met iemand die er stond. "We komen een schilderij brengen!" zei hij op het moment dat ik mijn hoofd buiten de deur stak. Ik keek hem aan. Een man in een overal, blauw met een klein onleesbaar etiketje op de zak genaaid halverwege de deur en een geparkeerde vrachtwagen. En opeens wist ik het weer. Ze kwamen mijn schilderij brengen, twee weken geleden had ik deze besteld via het internet en nu was het zover.

De man liep terug naar de vrachtwagen waar een andere man uit de laadbak klom met twee grote, schilderijvormige kartonnen dozen in de hand. Hij wilde uit de laadbak klimmen met beide dozen, maar liet er hierdoor één vallen. Toevallig de kleinste. Schrik schoot om mijn hart, straks brak die idioot mijn schilderij. Vijfhonderd euro naar de klote omdat één of andere bezorggek geen idee heeft hoe je normaal met spullen omgaat. De eerste man had intussen de gevallen doos al opgeraapt. Het karton was helemaal opengescheurd langs de zijkant en de inhoud hing er half uit. Ik zag wel een schilderij, maar een totaal ander schilderij dan ik besteld had. Ik opende mijn mond om iets te zeggen, te zeggen dat ik dat niet besteld had toen de man zei: "Momentje hoor meneer! We moeten deze eerst even afleveren bij uw buren." En beide mannen verdwenen met een doos onder de arm in de steeg twee huizen verderop. Ik besloot uit pure nieuwsgierigheid even een blik te werpen. Wie zou er nog meer schilderijen laten afleveren?

Ik trok de deur achter mij dicht en liep langs het huis van de buren naar de steeg. De deur die normaal gesproken potdicht zit stond wagenwijd open. Ik keek naar binnen en zag een doodnormale betegelde steeg, de twee mannen stonden aan het eind te praten met een man. De dozen aan hun voeten, handen bovenop zodat ze niet vielen. Ik keek nog een keer goed en zag dat ze met mijn vader stonden te praten. "Mijn vader?! Woont mijn vader twee huizen verderop? Besteld mijn vader schilderijen?" Ik was helemaal verbluft. Mijn vader heb ik al meer als tien jaar niet gezien en ik was van plan dat zeker tot na het einde van zijn leven vol te houden. En nu blijkt die man gewoon twee huizen naast mij te wonen. Dat kon niet goed zijn! Ik kon mij alleen niet herinneren dat iemand pasgeleden verhuisd was en ik woonde hier toch al een tijdje. Ik was de laatste die hierheen verhuisde. Een vreemde situatie, maar aan de andere kant kon ik mij ook niet herinneren dat mijn bel stuk was of wanneer er iemand op mijn deur klopt.

In ieder geval wilde ik mijn vader niet zien. Zijn schilderijen, de schilderijen waren gelijk niet interessant meer. Ik besloot terug te gaan naar mijn eigen voordeur en de komst van de mannen af te wachten. Ze zouden zo mijn schilderij brengen en daar was ik wel heel benieuwd naar. Weer iets moois om aan de muur te hangen. Terwijl ik terugliep ontdekte ik alleen dat ik verdwaald was. Waar ik normaal gesproken mijn voordeur moest ontdekken zal een kale muur, een groot raam dat niet van mijn huis was en muur haaks op het geheel. Waar was mijn huis? Ik snapte het niet meer, dit was toch gewoon mijn buurtje? Ik woonde twee huizen naast de steeg en ik was alleen naar de steeg gelopen. Toch was de hele buurt anders. De steeg was nog gewoon op dezelfde plaats aanwezig, de vrachtwagen van de schilderijleveranciers stond er iets schuin voor op straat geparkeerd en daarnaast huizen. Maar mijn huis zat er niet bij, na de steeg zag de buurt er heel anders uit. Totaal niet de buurt waar ik woonde. Ik snapte het niet meer, ik was echt vedwaald. Twee huizen verderop verdwaald..

Er zat niets anders op dan te gaan lopen. Misschien was het aan de achterkant allemaal hetzelfde gebleven, was ik verder gelopen dan ik gedacht had en stond mijn huis gewoon verderop. Ik liep langs de muur, wierp een voorzichtige blik naar binnen bij het raam (zag alleen niets dan een doodnormaal interieur dat ik niet kende) en sloeg de hoek om. De buurt zag er nog steeds volledig onbekend uit. Een doodnormale straat met tuinen en kleine boompjes op straat om de parkeerplaatsen te markeren. Hier en daar een auto. Verderop een zijstraat die waarschijnlijk toegang gaf tot het gedeelte achter de huizen. Ik liep de straat verder in, veel anders kon ik niet doen. Ik was helemaal in vertwijfeling en nog veel erger. Straks stonden die schilderijmannen voor de deur en was ik niet aanwezig om het aan te nemen. Ik moest thuis zijn! Ik wilde weten hoe het schilderij eruit zag. Het gaf mijn pas wat extra snelheid en ik sloeg de hoek om. Dit gaf inderdaad toegang tot het achterste gedeelte van de huizen. Ik zag een voetpad lopen langs de schuren en schuttingen, wat allemaal aansloot op een groot groot stuk grasveld met bomen en struiken. Alleen leek het totaal niet op de vlakke velden die ik gewend was. Overal heuveltjes, struiken, bomen en vooral veel gras.

Waar was de buurt waar ik woonde? Alles wat ik rondom mij zag was totaal niet herkenbaar, het zag eruit als de landstreek waar ik woon maar niet waar mijn huis staat. Er zat niets anders op dan doorlopen, mijn eerdere plan om achterom te gaan uit te voeren. Ik keek wel waar de weg mij zou brengen, niet dat ik over een weg liep... Het gras golfde over de heuvels heen, ik liep om enkele struiken heen en naar een groepje bomen verderop. De achterzijde van de huizen liet ik niet uit mijn blikveld verdwijnen. Ik bleef zorgen dat ze aan mijn rechterhand en redelijk in de buurt bleven. Ik was al verdwaald in de buurt waar ik dacht te wonen, ik wilde niet ook nog verdwalen op een grasveld dat ik niet kende. Het duurde niet lang of ik had het groepje bomen bereikt en was eromheen gelopen.

Voor mij lag een hele grote boomstam op de grond. Een omgevallen boom, eigenlijk zo'n klimboom die ik wel eens in een bos heb gezien waar ik met mijn ouders heenging toen ik een kind was. Ik herinnerde mij de leuke momenten op zo'n boom nog goed (die herinneringen zaten wel goed) en glimlachte. Ik stapte om de boom heen en zag opeens de koe. Een hele gewone koe, zwart-wit zoals je veel in Nederland ziet. Ze keek naar mij terug, onaangedaan alsof er elke dag iemand voorbij kwam lopen. En bovenop de boomstam stond een andere koe. Een rode koe, net zo rood als de la vache que rie-koe. Alleen was deze koe echt, niet getekend en stond ze bovenop de boomstam. "What the f...." en ik begon naar mijn fotocamera te zoeken. Dit zou niemand geloven, iedereen zou mij volledig voor gek verklaren maar als ik een foto heb. Als ik toch een foto heb van een knalrode koe bovenop een boomstam! Dat zou echt geweldig zijn, maar ik vervloekte mij enkele seconden later. Uiteraard had ik mijn camera niet mee, ik had zelfs mijn telefoon niet mee. Alles lag nog thuis. Een foto van een koe op een boomstam zat er niet in.

Ik keek rond of iemand in de buurt was. Iemand die ik kon wijzen op die koe op de boomstam. Iemand, iedereen was goed. Gewoon een wildvreemde, als ik hem of haar maar kon wijzen op die koe op de boomstam. Maar er was uiteraard niemand, ik was helemaal alleen met deze twee koeien en alleen ik mocht het meemaken dat een koe op een boomstam staat. Ik draaide mij weer om naar de koeien en zag ze gebroederlijk naast elkaar staan. Alsof ze altijd zo gestaan hebben. De rode koe keek mij echt aan alsof ze wilde zeggen: "Je bent gestoord als je werkelijk denkt dat ik op die boomstam stond!" En ik zweer je dat ik haar stem ook echt in mijn hoofd hoorde. Ik durf er bijna vanuit te gaan dat de koe het werkelijk gezegd heeft, als ik haar bek niet zag bewegen. Een beetje herkauwen deed ze, meer ook niet. Alleen keek ze mij doordringend aan, echt heel doordringend. "Oke, je stond niet op die boomstam!" wierp ik haar toe en beende geïrriteerd weg. De koeien graasde verder en keken mij weer herkauwend na. Ik had ook wel iets beters te doen dan een discussie met een koe te voeren. Er was toch geen mens die mij zou geloven. Laat maar. Ik moest op tijd thuis zijn om het schilderij in ontvangst te nemen. Alleen waar was mijn huis? Ik begon te wensen dat ik broodkruimels gestrooid had toen ik mijn voordeur uitstapte..

2 opmerkingen:

Monique zei

Leest als een droom...

Godpipo zei

Grappig dat je het zegt, het was namelijk ook een droom. Of in een droom tot mij gekomen, dat kan ook..