23 september 2006

Dansen met de gewone mensen

Na de maaltijd gebeurde het allemaal. Een maaltijd in een restaurant aan zee, niet dat zee te zien was maar met drie keer vallen en vier keer opstaan zou je kunnen struikelen over het strand. Geen gebouw lag er in de weg, slechts een overdreven grote leefkuil vol hangjeugd en afschuwsprekende bejaarden. Daar aten wij onze maaltijd, op zich was het geen restaurant waardige maaltijd. Ik bestelde vlees, gemixte stukken vlees waarbij patat en salade geserveerd werd. Ik kreeg gemixte stukken vlees waarbij patat en een salade geserveerd werd. Het was veel, nogal veel. Het vlees was vreemd, stukjes die bij nadere determinatie bleken te bestaan uit een klein uitgevallen kipschnitzel, pepersteak (een heel klein stukje), een minispearrib en een brokje kipfilet. Totaal niet wat ik zou willen zien bij een bord mixed vlees, maar aangezien ik het besteld had at ik het op. De patat smaakte goed, de pepersteak ook maar die was veel te vlug op. En de rest... de rest was niet noemenswaardig. Dit restaurant mocht mijn geld best ontvangen, ze hadden het verdiend maar ik zou er nooit meer komen. Al was hun koffie uitmuntend, sterker nog hun koffie was uitstekend. Een tien op de schaal van branders.

Maar de avond was nog niet ten einde. Het restaurant aan zee werd verlaten om te gaan naar een bar-dancing in de buurt van de rand van de zee. Gelegen aan de weg, de boulevard die langs de zeereep liep zat de gelegenheid die we zouden gaan bezoeken. Eerst tot de grond toe afgebrand en weer opgebouwd met vereende krachten was het weer enkele weken geopend. Nu was dit ook de tent waar een collega zijn tweede baan (of is mijn werk zijn tweede baan?) heeft en vandaag ook achter de bar zou staan. We kwamen even kijken. Kijken deed ik inderdaad, niet naar het interieur maar naar de gelegenheid zelf. De mensen, de muziek en de hoeveelheid bier. Ik keek mijn ogen uit.

Om binnen te komen moesten we ons een weg banen door een verwarmd terras bevolkt met bejaarden, mensen op semi-stand en ander volk dat een biertje dronk aan de zeereep. Twee uitsmijters verwelkomde ons bij de deur. Uitsmijters.... Lang niet gezien dat soort mensen. Oortje in, deftig jasje met het uitsmijtersgilde erop aan en maar breed staan doen. Uitsmijters... Ik vermijd tenten die uitsmijters hebben altijd, meestal wil ik daar niet binnen zijn en nu ging ik zonder pardon naar binnen. Naar binnen om een gezellige avond te hebben, een gezellige avond zonder de muziek die ik zo goed heb leren kennen de laatste twintig jaar. Ik wist wat me te wachten stond en toch bleek ik verbaasd over hoe het werkelijk was. Hoe het er nu aan toe gaat in een tent met uitsmijters voor de deur. Wat was ik verbaasd.

Daar stond ik dan, gekleed in stemmig zwart met even stemmige zwarte laarzen aan mijn voeten. Een bandshirt van een band waar slechts weinig mensen kennis van hebben genomen en een hoofd gevuld met rosé en redelijk smakelijk voedsel. Het gezelschap was goed, dat was een groot voordeel anders was ik gelijk rechtsomkeerd gegaan. Een lege bar-dancing lag aan mijn voeten, veel te harde top-veertig muziek schalde in mijn oren. Ik kreeg een heineken in mijn handen gedrukt terwijl ik de weinige mensen die binnen waren opnam. Dezelfde mensen die ook op het terras zaten, bejaarden en semi-omhooggevallen rijken. Niets bijzonders, gewoon mensen van alledag. De mensen die je elke dag in de bus, op straat en in de winkel tegen komt. Hier gaan zij uit, in deze gelegenheden met uitsmijters voor de deur zijn hun tenten. Hun kragen omhoog, hun handen om een drankje gevouwen en de armen omhoog wanneer ze een bekend deuntje horen. Dat was tenminste het beeld dat ik bij zulke tenten had, het beeld klopte wonderwijl ook aardig maar toch gaat het verder.

Weer kreeg ik een heineken in mijn handen gedrukt. Inmiddels begon ik van bier te spreken, mijn smaakpapillen vergald door de smaak van alcohol. De vloer begon langzaam vol te stromen met mensen. Jongeren van hetzelfde slag als de rest van de aanwezigen, de normale mensen van alledag maar dan de jeugdige variant. De muziek werd harder en harder, nog veel meer top veertig hits werden erin gegooid en de nummers volgde elkaar steeds sneller op. Het ene nummer was nog niet afgelopen of de volgende begon al weer. Waar was de tijd gebleven dat een nummer het einde nog mocht halen? Begon dit nummer wel? Waarom heb ik nu weer een bier in mijn handen? Ik hoor nu twee nummers door elkaar, maar nooit hoorde ik een bekend nummer. Ik werd voor gek uitgemaakt. Hoe kon ik dat nummer nu niet kennen, dat was de zomerhit van dit jaar en weg was die weer. Net zo vluchtig als de muzieksmaak van de aanwezigen. Ik had weer een biertje in mijn handen. De handen gingen omhoog en het nummer was weer afgelopen. Waar was ik? De tent was inmiddels goed gevuld, overal stonden jongeren tegen elkaar te schreeuwen om een gesprek gaande te houden. De drank ging van hand naar hand en soms zelfs omhoog. Was dit wat de normale mensen deden als ze uitgingen, deze vluchtige contacten met muziek. Deze bijeenkomsten bezoeken waar het alleen ging om zien en gezien worden, muziek die te luid staat om een gesprek op normaal niveau te kunnen volgen en vooral veel jeugd. Jeugd in kleur. Niemand, bijna niemand was er in het zwart en wie in het zwart was deed dat bij toeval. Waar was ik terecht gekomen? Ik nam nog een biertje. Inmiddels was ik dronken, het kon me niet meer schelen. Ik paste me aan, mijn armen gingen omhoog bij een bekende deun. Ik deed mijn voetje van de vloer toen ik wegging.

Vandaag wist ik het allemaal nog. Ik heb gedanst met de gewone mensen. Ik heb gedronken in een tent met uitsmijters voor de deur en ik heb een ski-hutachtige muzikale aangelegenheid mee mogen maken. Het was een ervaring om nooit meer te vergeten, maar ook een ervaring om nooit meer mee te willen maken. Als ik dit gedroomd had zou ik gezegd hebben dat ik een nachtmerrie gehad heb, maar ik werd alleen wakker met een kater. Dat maakte een hoop goed.

Geen opmerkingen: