12 juli 2008

Gebrek aan avontuur?

Aan de overkant ging een man naar binnen bij buurtbewoners die ik verder ook niet ken. Volgens mij heb ik überhaupt de mensen die daar wonen nog nooit gezien dus misschien heb ik vandaag voor het eerst mijn overbuurman gezien. Niet dat dit in enige mate vermeldingswaardig is, behalve misschien dat de man duidelijk gebukt ging onder een verstandelijke handicap. Een flink vergevorderde verstandelijke handicap zelfs. Hij zag er van een afstand duidelijk uit als iemand die wel wist dat het verstandelijk niet helemaal lekker zat, maar toch niet genoeg intellect kon verzamelen om er ook iets mee te kunnen. Deze conclusie wist ik na één blik en de drie seconden die hij nodig had om naar binnen te stappen te trekken, waarmee ik maar wil zeggen dat ik het net zo goed gruwelijk mis kan hebben. Nu heb ik het niet vaak mis, dus ga ik ervan uit dat ik in dit geval ook bij het rechte eind heb. Toch vraag ik me nu dingen af, dingen over mijn overbuurman en zijn familie. Maar die zijn ook niet vermeldingswaardig. Het maakt namelijk allemaal niets uit, sommige dingen hoef je gewoon niet te weten. Ik hoef mijn vragen ook niet beantwoord te zien.

Daarom ging ik ook boodschappen doen. Tenslotte moet er vanavond ook gegeten worden en de dingen die ik nog in huis heb liggen er morgen ook nog wel. Ik eet liever dingen die ik niet in huis heb en daarvoor moet je boodschappen doen. Gelukkig is de winkel waar ik al mijn voorraden haal slechts drie straten bij mijn woning vandaan verwijderd. Veel tijd met de gang naar de winkel ben ik nooit kwijt, maar toch ga ik op de fiets erheen. Niet omdat ik té lui ben om te lopen, maar ik weiger al jaren om auto te rijden terwijl iedereen bij mij in de straat met de auto naar de winkel rijd. Ik blijf dan niet achter, maar doe het toch op een andere manier. Ik ga fietsen omdat onlogica een van de hoogste goederen is in het leven.

Ik fietste naar de winkel, maar niet voordat ik eerst door een hele grote plas achter mijn schuur fietste. De plas had zich uitgestrekt over het speelveldje waar de buurtkinderen en mijn eigen telgen altijd spelen. Het ding was minimaal een meter of drie langs en misschien wel even zo diep, maar daar ging ik voor het gemak niet van uit. Met een redelijke snelheid naderde ik de plas en bereidde mij voor op een berg modder waar ik doorheen moest ploeteren. Het ding was inderdaad geen drie meter diep, noch lag er enige vorm van vasthoudende modder op de bodem. Ik zag alleen de onderkant van mijn voorwiel onder water verdwijnen en moest uitkijken dat ik mijn schoenen niet geheel nat reed, maar verder gleed ik als een zonnetje door het water. Het was leuk om door de plas te rijden. Even voelde ik mij weer een kind, een kind dat hard door plassen fietste zonder echt nat te worden. Zonder verdere problemen bereikte ik de winkel, deed mijn boodschappen en ging weer naar huis. Uiteraard reed ik op de terugweg weer door de plas heen, maar nu kwam ik wel bijna vast te zitten in zuigende modder. Gelukkig had ik genoeg vaart om er doorheen te komen. De schuur stond geduldig om mij te wachten en mijn woning nog meer.

Om het gebrek aan avontuur goed te maken is hier een plaatje met daaronder een link naar een liedje dat mijn moeder mij vandaag toezond. Ze zond de link naar het liedje naar mij toe, het plaatje heb ik elders vandaag gestolen.

Dans met mij, zing met mij

Geen opmerkingen: