3 januari 2009

Verlammende gedachten

Sinds vanochtend vraag ik mijzelf weer allerlei dingen af. Triviale zaken, maar ook dingen die belangrijk zijn voor het voortbestaan van de wereld. Meestal weet ik het antwoord na enkele minuten vorsen in mijn hoofd wel te verzinnen, alleen blijven er altijd die kleine dingetjes liggen. Dingetjes waar je vroeger nooit een gedachte over wilde laten gaan. Wat zeg ik: waar je überhaupt nooit over nagedacht heb. En nu zitten die vastgebakken in mijn geest. Beheersen ze mijn gedachten op dusdanige manier dat ik niet meer verder kan denken over echt belangrijke zaken. Zoals de idee of ik nog een bak koffie zal gaan zetten. Ik kan daar momenteel niet meer over nadenken omdat er een kleine maar nare geest van een belangrijke gedachte door mijn hoofd spookt. Iets dat mijn gedachten eigenlijk helemaal beheerst zonder dat ik er erg in heb.

Het begon allemaal tien minuten, misschien een half uur geleden. Ik bedacht mij net dat ik moest gaan opschieten om de bus te gaan halen, maar opeens wist ik weer dat ik helemaal geen idee had hoe laat de bus eigenlijk gaat. Ondertussen was ik koffie aan het zetten aangezien ik daar trek in had. Die trek in koffie was weer logisch te verklaren doordat ik net een klein pakje koek (Evergreen, dus geen ongezonde zooi) uit de kast getrokken had en de verpakking aan het open friemelen was. Van koek krijg ik altijd trek in koffie en andersom ook wel eens. Onderwijl ik koffie aan het maken was en de koek aan het open frommelen bedacht ik mij dat ik even moest kijken hoe laat de bus ging. Ik keek, schrok en wist dat ik de bus niet meer ging halen. Het was onmogelijk geworden om koffie te drinken, koek te eten, het haar te kammen en uiteindelijk ook nog mijn tanden poetsen binnen een tijdsbestek van vijf minuten. Het zou de volgende bus moeten worden. Opeens had ik een zee van tijd gekregen. En dan ga ik denken.

Denken over triviale zaken. Zaken die nergens toe leiden en nergens toe doen. Zoals het idee dat ik gisteren niet wist wat ik vandaag zou gaan doen, maar toch wel. Of zaken die ik hier niet durf uit te spreken omdat ik bang ben dat iemand het zal meelezen. Niet zo maar iemand, maar een persoon zoals jij. Gewoon iemand, iemand die ik wel ken maar momenteel ook niet zie. Iemand zoals ik, wanneer ik in de spiegel kijk en denk dat ik geschreven heb. Gewoon zaken, dingen, onderwerpen. De wereld om ons heen is mijn canvas en ik denk daar graag over na. Overspel, oorlog, terreuraanslagen, dierenleed, vrouwenzaken, mannenzaken, een nieuwe baan, plastic tassen, noem ze maar op. Alles passeerde mijn gedachte en allemaal kregen ze mijn onverdeelde aandacht. Over alles dacht ik na tot ik het tot een conclusie kon vermalen. Alleen realiseerde ik mij pas veel te laat dat ik niet alles tot een goed einde kan brengen. Sterker nog ik zou mijn volgende bus ook gaan missen. Op deze manier ga ik mijn volgende bus ook missen. Ik stopte met denken. Dacht ik... Ik heb mijzelf nog nooit zo bedrogen als op dat moment. Ik stopte met denken zoals de paus stopt met katholiek zijn.

Alleen weet ik nu nog niet of ik de bus wel gehaald heb.

Geen opmerkingen: