16 maart 2008

Bezoek aan een begrafenis

Vanochtend had ik wat tijd over en besloot een stukje te gaan lopen. Gewoon een beetje de benen strekken en in dezelfde beweging mijn nieuwe schoenen verder inlopen. Dat laatste is absoluut nodig aangezien ik al een paar dagen met blaren op de hielen rondloop, dat is niet fijn. Nu helpen pleisters plakken op de zere plekken heel erg dus kan het verder inlopen van mijn schoenen gewoon doorgang vinden. Kortom ik heb er zin 'an en ging er helemaal voor.

Ondanks het water-koude weer genoot ik wel van het stukje wandelen. In mijn disc-man had ik (weer) een fijne ceedee van The Residents gestopt om op hun klanken mijn wandel-ritme te laten bepalen. Nu liep ik vijf minuten, na eerst een stuk in de bus gezeten te hebben want in mijn woonplaats wandelen kan ik altijd nog doen, toen ik aan het einde van de straat een begrafenis ontwaarde. Toevallig ben ik vaker op dat kerkhof geweest. Ooit heb ik er een paar dagen achter elkaar geluncht omdat ik de kantine van mijn toenmalige werkgever té deprimerend vond en daar alle rust kreeg die ik nodig had. Met het daar lunchen ben ik op een gegeven moment gestopt omdat het weer niet meewerkte en kerkhoven in de regen ook niet opbeurend zijn.

Nu was er een begrafenis bezig, een begrafenis van iemand met heel veel aanhang. Familie, vrienden, kennissen en waarschijnlijk wat vage buren hadden zich in het kleine kerkje midden op het kerkhof verzameld. Een partytent voor de deur van het kerkje schermde de laatkomers af van de elementen, al regende het niet echt. Gezien de grote groep belangstellenden voor de begrafenis vond ik het wel aanvaardbaar om ook even mijn gezicht te laten zien. Waar anderen een begrafenis als een naargeestige gebeurtenis wil ik het altijd zien als een onderdeel van het leven. Vooral omdat ik de dood niet zie als een definitief einde aan het leven, maar als een overgang naar een andere wijze van bestaan. Heel af en toe zie ik de dood zelfs als een vrolijk gebeuren en is de begrafenis die erbij hoort een klein feestje. Vandaag had ik weer zo'n bui, de begrafenis welke zich voor mij aan het ontvouwen was leek wel een klein feestje. Een klein feestje met héél veel genodigden aangezien het kleine kerkje tot de nok aan toe gevuld was.

De aanwezigen keken een beetje bedruk, sommige zelfs bedroeft en helemaal vooraan stonden mensen die duidelijk verdrietig waren. Ik had met ze te doen, zo verdrietig hoeft de dood ook weer niet te zijn. Het is allemaal een noodzakelijk onderdeel van het leven, we gaan allemaal dood en zo ook degene die vandaag ter aarde gesteld zou gaan worden. Ik nam plaats aan de achterzijde van het kerkje, de partytent wapperend in de wind achter mij. Intussen zette The Residents het nummer Constantinople in. Mijn discman liet ik maar gewoon lopen, de oordopjes gewoon in mijn oren. Ik kon natuurlijk besluiten naar de voordrachten van de nabestaande en pastoor te gaan luisteren, maar ik kwam al vrij laat binnen waardoor alleen de pastoor nog wat prietpraat te prevelen had en daarbij had ik toch geen flauw idee wie ter aarde gesteld zou worden dus waarom luisteren naar de verhalen over dit persoon. Ik luister liever naar The Residents, hun muziek is al overtroffen en in mijn ogen geheel perfect voor begrafenissen en trouwerijen.

"Here I come, Constantinople. Here I come!" hoor ik zingen in mijn oor terwijl de pastoor zijn ogen ten hemel slaat en wat onverstaanbaars over het aanwezige publiek mompelt. Een uitstekend begrafenisnummer is Constantinople bedenk ik me daar. Dit is echt een nummer dat ik ook op mijn eigen crematie ten gehore wil laten brengen. In mijn geestesoog zie ik het allemaal al gebeuren, maar voor ik me verder in deze dagdroom kan verliezen wordt ik aangesproken door een andere aanwezige bij de begrafenis. Heel erg kwaad keek de goede man mij aan en gebaarde naar mijn oordopjes. Ik keek hem vragend aan. "Is er iets?" fluisterde ik naar hem terwijl ik één dopje uit mijn oor trok. Met het dopje in mijn hand luisterde ik naar zijn antwoord. Hij vond het geheel stijlloos dat ik het lef had om een begrafenis te bezoeken van iemand die ik niet ken en dan ook nog naar mijn walkman blijf luisteren terwijl ik in God's huis sta. Ik keek hem aan. "Hoe weet u dat ik de overledene niet ken? Misschien ben ik wel een vage bekende van degene die daar in de kist ter rustte is gelegd. Dat kunt u helemaal niet weten." fluisterde ik hem toe. Hij keek me nog kwader aan, het was duidelijk dat mijn tegenwerping hem met een mond vol tanden liet staan. Hij begon geagiteerd met de vrouw aan zijn rechterhand te fluisteren. Ik negeerde ze verder en stak het dopje weer in mijn oor. De laatste tonen van Constantinople dreven voorbij en The Residents begonnen het volgende nummer in te zetten.

Voor in de kerk begon de pastoor het eindwoord in te zetten. Mensen bogen hun hoofd en een gebed werd ingezet. Vol belangstelling keek ik toe hoe de aanwezigen zich verloren in deze christelijke tradities. Zoveel dogma's en tegenstrijdigheden die rond dreven in dit kleine gebouwtje, maar niemand die er bezwaar tegen leek te maken. Het zou ook niet de plaats zijn, we waren hier samen gekomen om de overledene de laatste eer te bewijzen en niet om de fundamenten van het christelijk geloof aan te pakken. De gebed was beëindigd, een klein groepje mensen voor in de kerk begonnen de rouwkransen en bloemen bij de kist op te pakken en samen met de kist vormde een rij welke langzaam naar buiten stroomde over het gangpad. De aanwezigen sloten zich aan achter de rij waarna de kerk langzaam leeg stroomde. The Residents zongen door alsof er niets aan de hand was, al kreeg ik wel heel veel kwade blikken. Ik vroeg me af of de mensen wisten welke tekst mijn oren in geslingerd werden, tenslotte is het nummer God song niet een van de meest religie-vriendelijke nummers die er bestaan. Ergens wordt het idee van God toch een beetje belachelijk gemaakt door de heren Residenten. Eigenlijk ook niet echt een nummer om te luisteren terwijl iemand ter aarde wordt gesteld, maar daarvoor was het te laat. Het leed was al geschiet, de teksten uitgesproken en de noten gespeeld. Ik liep als laatste naar buiten. Tenslotte was ik slechts een ooggetuige van dit tafereel en had ik er verder ook niets mee te maken.

Inmiddels was het zachtjes begonnen met regenen. Hierdoor was de plaatsing van de party-tent voor de deur van het kerkje geheel geen gek idee. Ik bleef er mooi onder staan terwijl de rest van de aanwezigen zich rond het gat in de grond schaarde. Eigenlijk viel het me daar buiten pas op hoe triest zo'n gat in de grond eigenlijk is, vooral de grote hoop zand die ernaast geworpen is had een uitermate treurige uitstraling. Het zag er zo respectloos uit, een grote hoop zand naast een gat in de grond. Een beetje tussen twee graven ingepropt. Totaal geen kleedje eroverheen, zelfs geen stukje nepgras om het geheel een beetje fleuriger uiterlijk te geven. Gewoon een grote hoop zand. Iets verderop ontwaarde ik zowaar nog een berg zand. Blijkbaar zou er later op de dag nog een begrafenis gaan plaatsvinden. De pastoor had een drukke dag voor de boeg. Met deze ontdekking vond ik het genoeg, ik liep de begraafplaats af en liet de nabestaanden alleen met hun verdriet. Om ook nog mee te gaan in het ritueel van koffie drinken en cake eten vond ik ook weer te ver gaan. Daarbij moest ik nog gaan werken en daar schenken ze ook koffie.

Geen opmerkingen: